Een kennismakingsgesprekje met Willem den Ouden

Het was een kort gesprek, maar toch zal ik me tot het uiterste moeten inspannen om ervan verslag te doen binnen de geldende, strenge GB-grenzen (‘1000 woorden is het absolute maximum’). Er kwam immers zó veel interessants langs. Het begint al met zijn geboorteplaats Esch. De onlangs opgegraven prehistorische boomstamboot, de zeven Romeinse graven met onder meer dat prachtige barnstenen Bacchusbeeldje, de bierpompfeesten op Hemelvaartsdag (waarbij de dorpspomp geen water maar, zoals Bacchus het graag gezien zou hebben, bier geeft), de middeleeuwse hoeven, de rust, het water, het natuurschoon en nog veel meer. Logisch dat Esch zich trots afficheert als ‘de glimlach van Brabant’. Enfin, ik moet het allemaal laten rusten. Het moet plaats maken voor de geboorte van Willem in 1958. Een heel gewone geboorte overigens, maar wat volgt is bijzonder.

door: Norbert de Vries

Leraar Nederlands en Duits

Lagere school in Esch en daarna het St. Odulphus Lyceum in Tilburg. Wat wil Willem later worden? Nou, zijn vader was vakbondsfunctionaris (plaatselijk, district en landelijk) bij het NKV, later FNV, en bovendien actief in de politiek (raadslid en wethouder); gevolg: vader was altijd en eeuwig aan het werk, en zelden thuis. Willem zei: ik word in geen geval bestuurder. Hij koos voor het leraarschap, de andere beroepscategorie waarmee de familie Den Ouden bekend is. Hij had een eminente, inspirerende docent Nederlands, Frits de Coninck, dus werd het neerlandistiek. En Duits, want dat is eveneens een wonderschone taal. Onderdeel van de studie Duits was een stage in Duitsland. Hij kon naar de Bundesrepublik of naar de DDR en het tekent Willem dat hij niet de makkelijkste en meest comfortabele weg koos. Hij vertrok voor een half jaartje naar Karl-Marx-Stadt (thans weer Chemnitz; dit jaar trouwens Europäische Kulturhauptstadt!). Mooie anekdote: in de schouwburg liep het toneelstuk Die Dachdecker, geschreven door Albert Wendt, en iedereen wilde dat zien, omdat de mare rondging dat het stuk eigenlijk over Erich Honecker ging die immers in zijn jeugdjaren opgeleid was tot dakdekker. Een soort stille satire dus, vermomd als tragedie. Willem stond bij de kassa maar kon geen toegangsbewijs kopen: uitverkocht. Hij liep teleurgesteld terug naar het Jugendheim waar hij een kamer had, en toen hij daar aankwam, kreeg hij tot zijn verrassing twee kaartjes aangeboden ‘als gast van de DDR’. In de DDR bleef werkelijk nooit iets onopgemerkt, en in een oogwenk konden langs onzichtbare wegen dingen worden ‘geregeld’.

Willem: ‘In 1982 voltooide ik mijn studies aan de Leergangen en tot mijn blijde verrassing kon ik onmiddellijk aan de slag aan een school in Breda. Twee jaar later kwam er een grote omwenteling: ik ging lesgeven op de Rooi Pannen. Dat was een heel andere wereld, de wereld van de ondernemers. Niks geen Kafka of Vestdijk meer; in de kortste tijd werden het managementstaken. Decaan, contacten met bedrijven, en zo verder. Ik heb in die jaren heel veel geleerd. Ja, ik denk oprecht dat ik meer geleerd heb van mijn leerlingen dan zij van mij. Vanaf de Rooi Pannen nam mijn carrière allerlei onvermoede wendingen die me door heel Brabant en Zeeland brachten. Van het agrarisch onderwijs - ik weet intussen alles, nou heel veel, over varkens - naar de reconstructie van het platteland, naar streek- en stadsontwikkeling, naar circulaire economie, naar de natuur- en waterproblematiek.’ Functies bij tal van belangrijke bedrijven, organisaties en instellingen; een opsomming? Das verschweigt des Sängers Höflichkeit. Geïmponeerd als ik toch wel ben, merk ik op: ‘Ik ken het Handboek voor de slager, J.W. Baretta, 1955, 834 pagina’s, helemaal uit mijn hoofd, maar daar zul je mij niet over horen.’

Streekontwikkeling

We hebben het over het platteland in z’n diverse aspecten, sociaal, economisch, ruimtelijk, enzovoort. Ik kom meestal niet verder dan de literatuur en noem de roman ‘Het verdwijnen van Ferdi Heijen’ van Max Hermens - Willem maakt een snelle notitie - waarin de sociologische en psychologische gevolgen van het desolate, wegkwijnende leven ten plattelande worden beschreven. Alle kleine varkensboeren zijn uit de markt geprijsd door het agro-kapitalisme en de megastallen, en tegelijk zijn tal van cruciale voorzieningen (school, winkels, sociale vangnetten) verdwenen. Treurigheid troef. Soortgelijke ontwikkelingen zie je ook in sommige wijken in de stad. Leegheid en droefheid drenzen hun dreun. ‘Revitaliseren’ roepen de beleidsmakers dan. Willem den Ouden heeft er in zijn werk veel mee te maken gehad. ‘Van essentieel belang hierbij’, aldus Willem, ‘is de integrale aanpak. Je moet de problemen samen met alle betrokken partijen aanpakken. Daarbij moet je, waar nodig, ook lef tonen en je niet blijven vastklampen aan je vaste kaders en routines. Je moet een stap verder durven zetten, over je schaduw heen desnoods.’

ASML en Zeiss, als voorbeeld

EUV (extreme ultraviolet lithografie) is een technologie die chipfabrikanten in staat stelt op grote schaal kleinere, maar krachtigere chips te maken. Voor die technologie moesten multilaagsspiegels worden ontwikkeld. Om euv-licht te reflecteren volstaan normale spiegels niet. Zeiss kreeg de opdracht om zichzelf als het ware opnieuw uit te vinden voor het maken van de bijzonder kwetsbare spiegels, gemaakt van ongeveer honderd afwisselende lagen van enkele atomen molybdeen en silicium. Door nauwe en intensieve samenwerking tussen beide partijen, ASML en Zeiss, is dit gelukt. Willem: ‘Ik noem het de ASML-metafoor. Zulke projecten laten zien dat je onmogelijk geachte prestaties kunt leveren als je wordt uitgedaagd en die uitdaging aangaat in een eendrachtige samenwerking. Dit geldt natuurlijk niet uitsluitend voor technische problemen, maar evengoed voor sociale, of, ander voorbeeld, politieke kwesties. Een gezamenlijke wil, een flinke portie lef en creativiteit, en er gebeuren dan vaak wonderen.’

De Goirlese politiek

Willem: ‘ . In de eerste jaren had ik geen tijd om in de lokale politiek een rol te spelen, maar dat ligt inmiddels anders. Vanaf mei ben ik met pensioen en daarom kon ik ‘ja’ zeggen tegen de functie van wethouder. Ik hoop, dat er bij de verkiezingen van maart 2026 een progressieve alliantie zal staan van PvdA/Groen Links, Pro Actief en D66. En dat we dan een meerderheid hebben.’